Reanimatie van een baby
|
“Reanimatie is het geheel van handelingen voor het spontane herstel van circulatie en ademhaling”, aldus de Nederlandse Reanimatie Raad (2021).
|
Er is duidelijk een probleem met de baby.
Blijf kalm!
Veiligheid garanderen
|
Is de omgeving veilig voor de baby, de andere kinderen en jezelf?
|
Is het bewustzijnsverlies van de baby mogelijks een gevolg van de aanwezigheid van gas, CO of gebrek aan zuurstof? Neem dan alle kinderen eerst mee naar buiten.
|
Controleer bewustzijn |
Als een persoon reageert op een aanspreking, een aanraking of een andere prikkel dan zijn we zeker dat de ademhaling en circulatie niet levensbedreigend verstoord zijn.
|
SCHUD NOOIT!
Spreek het kind aan, knijp in de schoudertjes of schraap met je nagel over de voetzool?
Spreek het kind aan, knijp in de schoudertjes of schraap met je nagel over de voetzool?
|
GEEN REACTIE
Het kind is bewusteloos |
REACTIE
Ok, het kind is bij bewustzijn, ga na wat het probleem kan zijn. |
Controleer de ademhaling |
We gaan dus reanimeren als de circulatie en ademhaling niet meer spontaan plaatsvinden. De reanimatiehandelingen stellen wanneer er wel spontane circulatie is, kan dodelijk zijn! U moet dus zeker weten dat het slachtoffer niet ademt!
|
|
Open de luchtweg: leg de baby op de rug, leg het hoofdje plat, zodat de baby recht omhoog kijkt.
Kijk, luister en voel gedurende 10 seconden. |
|
|
GEEN ADEMHALING
|
WEL ADEMHALING
Bel 112 en meld dat het kind bewusteloos is, maar wel ademt. Blijf in afwachting van de hulpdiensten de ademhaling controleren. |
Een enkele keer of onregelmatig naar lucht happen (vaak ook luidruchtig) is geen normale ademhaling. Start de reanimatie.
|
Geef 5 beademingen |
Omdat bij een baby de doodsoorzaak vaker een ademhalingsstilstand dan een hartstilstand is, gaan we eerst beademen.
|
|
Houd de luchtweg open.
Zet je mond over de mond en de neus van de baby. Puf 1 seconde lucht in en kijk of de borstkas opkomt. Adem zelf frisse lucht in en kijk of de borstkas daalt. |
Als de borstkas niet opkomt, dan is ofwel de luchtweg niet vrij, ofwel sluit uw mond niet goed aan en ontsnapt er lucht. Kijk in de mond van het kind om na te gaan of er iets de luchtdoorstroom hindert. Probeer opnieuw en let goed op de plaatsing van uw mond. |
Controleer de ademhaling
|
Controleer opnieuw de ademhaling van de baby. Bij heel jonge kinderen komt een ademhalingsstilstand weleens voor doordat de hersenen geen ademhalingsprikkel uitsturen of die prikkel ergens verloren gaat. Door lucht in de longen te puffen, kunt u dat spontane proces herstellen, want de longen zetten uit en de prikkeluitwisseling wordt hersteld.
|
Borstcompressies
|
Leg je handen om de borstkas van de baby met de duimen op het borstbeen.
Druk de borstkas ongeveer 5 cm of 1/3 in en laat weer opkomen aan een tempo van 100 tot 120 keer per minuut. Druk 15 keer. |
Vermijd ribben en het uitsteekseltje onderaan het borstbeen, maar wees niet bang om stevig te drukken.
Zijn uw handen te klein om de borstkas van de baby te omvatten? Zet dan de wijsvinger en middenvinger op het midden van het borstbeen en probeer zo de compressies uit te voeren. |
Ga over naar een cyclus van 2 beademingen en 15 compressies.
|
NA 1 MINUUT GEEN ADEMHALING
|
WEL ADEMHALING
Geweldig! Breng het kind naar een arts of spoeddienst voor controle. |
Bel 112!
|
Zeg dat u een baby heeft zonder ademhaling en dat u de reanimatie bent gestart.
Laat de telefoon op luidspreker staan, terwijl u verder reanimeert. |
U kunt dat elke verandering in de toestand melden, u krijgt psychische steun en indien nodig ook praktische instructies.
De centrale verzamelt ondertussen ook informatie die de hulpdiensten kan helpen om sneller de juiste zorg toe te dienen. |
Blijf in cylci van 15:2 reanimeren tot de hulpdiensten overnemen. |
Stop de reanimatie alleen als de baby beweegt, de ogen opent en duidelijk weer zelfstandig ademt. Weet dat dit hoogst uitzonderlijk is.
|